Geneesmiddeleninformatiebank

1. Wat is Methylfenidaat HCl Humantis en waarvoor wordt dit medicijn gebruikt*

Methylfenidaat HCl Humantis wordt gebruikt voor de behandeling van aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD).

Dit medicijn mag niet worden gebruikt voor de behandeling van ADHD bij kinderen jonger dan 6 jaar.

Hoe werkt dit medicijn*

Dit medicijn verbetert de activiteit van delen van de hersenen die te weinig actief zijn. Dit medicijn helpt de aandacht te verbeteren en helpt om te concentreren. Daarnaast zorgt het dat u of uw kind minder snel spontaan iets doet, zonder daar vooraf bij stil te staan (impulsief zijn).

Dit medicijn wordt gegeven als onderdeel van een behandelingsprogramma dat vaak de volgende onderdelen bevat:
- Behandeling die te maken heeft met gedrag (psychologische therapie)
- Behandeling die te maken heeft met opvoeding en onderwijs (educatieve therapie)
- Behandeling die te maken heeft met het omgaan met andere mensen (sociale therapie)

Dit medicijn mag alleen worden voorgeschreven door en gebruikt worden onder toezicht van een arts die gespecialiseerd is in het behandelen van ADHD. Zoals een specialistische kinderarts, kinderpsychiater, tienerpsychiater of psychiater. Deze arts moet u eerst heel goed onderzoeken. Bent u volwassen en bent u nog niet eerder behandeld* Dan zal de arts onderzoeken doen om te bevestigen dat u sinds uw kindertijd al last hebt van ADHD. Er is geen genezing van ADHD. Toch kan het door gebruik van behandelingsprogramma’s onder controle worden gehouden.

Over ADHD

Kinderen en jonge mensen met ADHD vinden het moeilijk om:

Het is niet hun schuld dat zij dit niet kunnen.

Het kan per persoon verschillen hoeveel last ze van ADHD hebben. De klachten kunnen zijn:
•
geen concentratie hebben

•
rusteloos zijn

•
heel erg druk zijn (hyperactiviteit)

•
dingen doen zonder eerst na te denken (impulsiviteit)

•
emotioneel niet stabiel zijn

•
niet georganiseerd denken

U of uw kind kunt hierdoor last hebben van bijvoorbeeld:
•
problemen met concentreren

•
dingen vergeten

•
te veel praten

•
problemen met plannen en met taken helemaal afmaken

•
dingen doen zonder erover na te denken

•
ongeduldig zijn •
allergisch is voor methylfenidaat of een van de andere stoffen in dit medicijn. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6 van deze bijsluiter

•
schildklierproblemen heeft

•
verhoogde druk in het oog heeft (glaucoom)

•
een zwelling in de bijnier heeft (feochromocytoom)

•
een eetziekte heeft waarbij u of uw kind geen honger heeft of niet wilt eten. Zoals anorexia nervosa.

•
een hele hoge bloeddruk of vernauwing van de bloedvaten heeft. Dit kan zorgen voor pijn in armen en benen.

•
ooit hartproblemen heeft gehad. Zoals een hartinfarct, onregelmatige hartslag, pijn en een vervelend gevoel op de borst, hartfalen of hartziekte. Of is geboren met een hartziekte.

•
problemen met de bloedvaten in de hersenen heeft gehad. Zoals een beroerte, zwelling en verzwakking van delen van een bloedvat (aneurysma), vernauwde of geblokkeerde bloedvaten of ontsteking van bloedvaten (vasculitis).

•
medicijnen tegen depressie gebruikt of in de afgelopen 14 dagen heeft gebruikt. Deze medicijnen heten monoamineoxidaseremmers (MAO-remmers). Zie ’Gebruikt u nog andere medicijnen*’.

•
psychische problemen heeft zoals:

- een psychopathisch probleem of een borderline persoonlijkheidsstoornis

- ongewone gedachten of visioenen. Of een ziekte die schizofrenie heet.

- klachten van een erg stemmingsprobleem, zoals:

o
het gevoel hebben zelfmoord te willen plegen

o
erge depressie, waarbij u zich erg verdrietig, waardeloos en hopeloos voelt

o
manie, waarbij u zich ongewoon opgewonden, overactief en ongeremd voelt

•
eerder veel te weinig maagzuur heeft gehad (te laag zuurgehalte van de maag). De maag heeft dan een pH-waarde boven de 5,5.

•
behandeld wordt met medicijnen die de aanmaak van maagzuur remmen of met medicijnen tegen te veel maagzuur (H2-receptorblokker, protonpompremmer of behandeling met zuurbindende middelen)

•
problemen met de lever of nieren heeft

•
problemen heeft met slikken of het doorslikken van hele tabletten

•
epileptische aanvallen (toevallen, stuipen, convulsies) of afwijkende hersenscans (EEG’s) heeft gehad

•
ooit misbruik heeft gemaakt van of verslaafd is geweest aan alcohol, voorgeschreven medicijnen of drugs

•
een vrouw is en al ongesteld wordt (zie de rubriek ‘Zwangerschap en borstvoeding’)

•
last heeft van steeds bewegingen of geluiden maken zonder dat u of uw kind dat zelf wilt (tics). U of uw kind kunt ze niet of moeilijk tegenhouden.

•
een hoge bloeddruk heeft

•
een probleem met het hart heeft dat niet wordt genoemd in de rubriek ‘Wanneer mag u of uw kind dit medicijn niet gebruiken*’

•
een psychische ziekte heeft die niet wordt genoemd in de rubriek ‘Wanneer mag u of uw kind dit medicijn niet gebruiken*’. Andere psychische ziekten kunnen zijn:

- stemmingswisselingen van manisch zijn tot depressief zijn. Dit heet een bipolaire stoornis.

- agressief of vijandig worden. Of erger worden van agressie.

- dingen zien, horen of voelen die er niet zijn (hallucinaties)

- dingen geloven die niet waar zijn (wanen)

- mensen veel minder vertrouwen, zonder dat daar een goede reden voor is (paranoia)

- zich onrustig, angstig of gespannen voelen

- zich depressief of schuldig voelen.

•
andere medicijnen die u of uw kind gebruikt

•
plotseling, onverklaarbaar overlijden in uw familie

•
andere medische problemen die u of uw familie zou kunnen hebben. Zoals hartproblemen.

•
hoe u of uw kind zich voelt. Zoals stemmingswisselingen of vreemde gedachten hebben. Uw arts wil ook weten of u of uw kind eerder last heeft gehad van dit soort gevoelens.

•
Tics in uw familie. Tics zijn bewegingen of geluiden die u steeds maakt zonder dat u dat zelf wilt. U kunt ze niet of heel moeilijk tegenhouden.

•
mogelijke psychische problemen of gedragsproblemen die u of uw kind of andere familieleden ooit gehad hebben.

•
medicijnen tegen depressie gebruikt of in de afgelopen 14 dagen heeft gebruikt. Deze medicijnen heten monoamineoxidaseremmers (MAO-remmers). Het gebruik van een MAO-remmer met Methylfenidaat HCl Humantis kan zorgen voor een plotselinge stijging van de bloeddruk.

•
depressie

•
mentale gezondheidsproblemen

•
epilepsie

•
problemen met de bloeddruk

•
hoest en verkoudheid. Sommige middelen bevatten stoffen die invloed kunnen hebben op de bloeddruk. Het is belangrijk dat u dit navraagt bij uw apotheker wanneer u deze middelen koopt.

•
medicijnen die het bloed verdunnen om te zorgen dat er geen bloedstolsels ontstaan.

•
seksueel actief is. Uw arts zal het gebruik van middelen om te zorgen dat u of uw dochter niet zwanger wordt met u bespreken (anticonceptie).

•
zwanger bent/is of denkt zwanger te zijn. Uw arts zal beslissen of u of uw dochter dit medicijn moet gebruiken.

•
borstvoeding geeft of borstvoeding wil gaan geven. Het is mogelijk dat dit medicijn in de moedermelk komt. Daarom zal uw arts beslissen of u of uw dochter borstvoeding kan geven tijdens het gebruik van dit medicijn.

•
uw arts zal de behandeling normaal met een lage dosis beginnen. Uw arts zal deze dosis langzaam verhogen zoveel als nodig is.

•
uw arts zal u vertellen welke sterkte van capsule u elke dag moet innemen.

•
verdeel de dosis van een capsule niet. Neem de hele inhoud in.

•
dit medicijn mag niet te laat in de ochtend ingenomen worden. Dit kan zorgen voor problemen met slapen.


ADHD heeft geen invloed op de intelligentie van een kind of jong persoon.

Een uitgebreide beschrijving van de werkzaamheid en mogelijke bijwerkingen van dit geneesmiddel vindt u in de patiëntenbijsluiter en samenvatting van de productkenmerken.

• Registratienummer:RVG 131698
•  
• Procedurenummer:DE/H/7828/002
•  
• Datum
  verstrekking
  handelsvergunning:30 oktober 2024
•  
• Handelsvergunninghouder:Humantis GmbH
  Kuhloweg 37
  58638 ISERLOHN (DUITSLAND)
•